zondag 11 september 2011

De afsluiter van onze stage

Zaterdag 27 augustus
Samen met Marie-Noël gingen we vandaag naar een centre de santé in Kavumu.
Aan dit centrum hebben we ondermeer medisch materiaal en bedden geschonken.
Het centrum is nog maar enkele maanden oud en voorlopig hebben ze nog heel weinig materiaal. Aangezien het gebouw niet zo groot is, kon er maar een beperkt aantal bedden geplaatst worden. We zagen wel dat er nog heel wat medisch materiaal tekort kwam. We gaan proberen om via Action d’Espoir nog meer medisch materiaal te schenken.
In dit centrum deelden we ook de condooms uit die we van Euroglider gekregen hadden. De dokters verzekerden ons dat ze op een goede manier gebruikt zouden worden.

Namiddag hadden we tijd om onze blog bij te werken. We kregen nog bezoek van Pichaut. Hij gaf ons een aantal armbanden. Even later vroeg hij of we het niet zagen zitten om een Belgische verloofde te zoeken voor zijn goede vriend. Hij zou ons zijn foto mailen en een korte beschrijving van de vriend. Toen gaf hij toe dat hij zelf ook wel op zoek was naar een blanke verloofde. Dus, moesten er geïnteresseerden zijn…

’s Avonds waren we uitgenodigd bij een goede vriend van Jean-Baptiste. De vriend was degene die ons ook had uitgenodigd voor het trouwfeest. Het huis waarin hij woonde was er mooi. We werden weer heel vriendelijk ontvangen en er werden ons allerlei bieren aangeboden. Het eten was heel lekker, vooral de “sambussa’s”. Dat zijn kleine gefrituurde driehoekjes gevuld met ondermeer gehakt en groenten.
Zij nodigden ons uit om morgen een boottocht te maken. Er was blijkbaar een bijeenkomst van de ‘Lions’ op de boot. Helaas hadden we met Marie-Noël afgesproken om morgen naar Katana te gaan. De dagen beginnen heel erg snel te korten!

Zondag 28 augustus
Marie-Noël zou ons rond elf uur komen halen. We ruimden onze kamers op en genoten even van de zon. Ondertussen was het al twaalf uur en ze was er nog steeds niet. Om half één konden we eten maar Marie-Noël was nergens te bespeuren. Om kwart na één kwam ze eindelijk aan in de Procure. Het was hevig beginnen te stortregenen. We zochten vlug onze regenjassen. Fidel was vandaag onze chauffeur. Hij had zijn hele familie meegenomen! Het was een gezellige bedoening. Eerst bezochten we het klooster Murhesa. Hier woonden zusters die zelf fruitwijnen maakten. We kochten er een aantal flessen ananas-, honing- en kersenwijn. Na deze stop reden we verder naar het centre de santé in Kavumu. We hadden namelijk nog wat extra materiaal aan de kant gelegd om aan dit centrum te schenken.
Normaal gezien zouden we ook nog in Katana een aantal warmwaterbronnen bezoeken. Door de hevige stortbuien was de weg echter heel modderig geworden. Marie-Noël vond het beter om terug te keren. We stopten nog eens aan het klooster. Marie-Noël had spaghetti bereid voor ons allemaal. Het was heel gezellig met Fidel en zijn familie.
We amuseerden ons ook heel goed met zijn kleine kinderen!

Om 17.30uur waren we terug in de Procure. We moesten ons snel omkleden want we waren uitgenodigd door de vrouw van dokter Eugène. Dokter Eugène is een Congolese dokter die momenteel in België aan het specialiseren is. We hebben hem al ontmoet bij Paulien haar thuis. De vrouw van Eugène, Georgine, ontving ons erg hartelijk. Ze had een lekkere maaltijd laten klaarmaken. Er stond een grote berg fufu op ons te wachten, maar daar bedankten we liever voor. Na een maand Congo heeft de fufu ons nog altijd niet kunnen overtuigen van zijn zogenaamde heerlijke smaak!
Na het eten bezochten we de privékliniek van dokter Eugène. Hier werkten nog een aantal andere specialisten. De kliniek was erg netjes en vrij goed uitgerust.

Maandag 29 augustus
Onze laatste stagedag! De tijd is voorbijgevlogen in het ziekenhuis.
Op de afdeling pediatrie duurde de zaalronde heel wat langer dan anders. Er was namelijk een stagiair die zijn patiënten moest voorstellen aan de dokter, maar hij had zijn werk niet goed gedaan. Hij was heel wat onderdelen van het fysieke onderzoek vergeten uit te voeren. Hij loog tegen de arts toen die vroeg of hij bij een bepaalde patiënt de longen geausculteerd had. Zelfs toen de moeder van het patiëntje bevestigde dat hij niet geluisterd had, bleef hij ontkennen! De stagiair had dit weekend wacht gehad en er was een nieuw patiëntje binnengekomen. Nadat het patiëntje 24uur in het ziekenhuis gelegen had, was het deze ochtend overleden. De stagiair had niet eens de moeite gedaan om uit te zoeken waaraan het kindje gestorven was. De arts maakte zich er kwaad en zei dat de stagiair gestraft zou worden.
Later vertelde de stagiair ons dat hij pediatrie niet interessant vond en dat hij chirurg wou worden. Sofie en Paulien konden niet begrijpen dat hij met zo’n houding een goede arts zou kunnen worden. Hij wist zelfs het verschil tussen hemorragie en hemolyse niet!

Op de afdeling chirurgie maakten Saartje en Jolize ook schokkende zaken mee. Er kwam een vrouw binnen die pas bevallen was. Ze verloor enorm veel bloed. Het bloedverlies was zo groot dat ze grofweg in haar eigen bloed lag! Na heel wat discussie en tijdsverlies, werd er besloten om bloed bij te geven omdat de bloeddruk veel te laag was.

Na onze stage hadden we nog de tijd om met Prof. Rigo te praten. Aangezien hij ook vanalles te doen heeft, is het niet eenvoudig om samen te komen.

We trokken daarna het centrum in om nog een laatste stof voor Sofie te kopen.
Eenmaal terug in de Procure pakten we onze valiezen al deels in. Het was niet eenvoudig om alle souvenirs zo veilig mogelijk weg te stoppen.

Vlak naar het eten kwam Pichaut langs met de overige twee tassen. Helaas was het model echt niet mooi. Daarom besloten we om een kaart te trekken en zo de twee mooie en de twee veel minder mooie (alias lelijke)  modellen te verdelen. Sofie en Jolize waren de gelukkigen. Saartje en Paulien kregen het ‘minder mooie’ model toegewezen. Maar zoals het spreekwoord zegt: ‘een gegeven paard kijkt men niet in de bek’.
Na het eten leerden we de econoom ‘hartenjagen’ spelen.

Dinsdag 30 augustus
We hadden voormiddag tijd vrijgemaakt om medisch materiaal af te geven in het universitaire ziekenhuis van Bukavu. Een aantal dokters gaven we persoonlijk een Littmann stethoscoop. Onder andere dokter Patrick van interne zorgen en dokter Serge van pediatrie kregen er een. Ook André besloten we er toch maar één te geven. Alain, de vriendelijke studentenvertegenwoordiger gaven we eveneens een stethoscoop.

Na het uitdelen van het materiaal, hadden we de tijd om in de zon te gaan liggen. Dat hadden we deze stage zo goed als niet kunnen doen.
Ook na het middageten lagen we nog even in de zon.

’s Avonds hadden de econoom en de rector een klein afscheidsfeestje voor ons georganiseerd!
We kregen allerlei dranken aangeboden als aperitief en kaas en salami.
Als avondeten hadden ze speciaal voor ons veel salade, worteltjes, tomaat en puree gemaakt.
En er was veel mango als dessert!

Adabert kwam ook nog langs met onze pagnes! Ze waren best mooi!
De avond verliep heel erg gezellig en we vonden het jammer toen het al voorbij middernacht was en we ons bed in gingen. We zullen de Procure nooit vergeten!

Woensdag 31 augustus
De chauffeur kwamen samen met Prof. Rigo mooi op tijd. We hadden nog net de tijd om vlug een boterham te eten en van iedereen afscheid te nemen. Zelfs de rector was vroeg opgestaan om ons uit te zwaaien.
We vertrokken rond iets voor zeven.

De rit verliep vlot in het gammele busje. Het comfort met de jeep is duidelijk groter, maar zo’n busritje was ook best gezellig.
Rond 12uur waren we al in Bujumbura. Aangezien onze vlucht pas rond half acht ’s avonds was, besloten we om eerst nog naar het hotel Club du Lac Tanganyika te gaan (hier hebben we ook de eerste nacht geslapen). Daar aten we op ons gemak en genoten we van het stralende weer!
Een navette van het hotel bracht ons ’s avonds naar de luchthaven.
De vlucht had wel wat vertraging, maar voor de rest verliep alles goed. Het was wel vreemd dat zelfs op de luchthaven van Bujumbura de stroom regelmatig uitviel!

Donderdagochtend kwamen we veilig en wel aan op de luchthaven van Zaventem!

Terug in België

Zoals jullie ondertussen weten, zijn we veilig en wel teruggekomen in België!
De laatste dagen in Bukavu hebben we nog medisch materiaal geschonken aan het universitaire ziekenhuis van Bukavu. Verder hebben we afscheid genomen van alle Congolezen die ons geholpen hebben tijdens ons verblijf in Bukavu.

We kunnen zeggen dat het een geweldige, onvergetelijke stage geweest is!
De nodige fotoreportages zullen nog volgen!

zaterdag 27 augustus 2011

Onze mooie pagnes!

Nieuwtjes

Donderdag 25 augustus
Vandaag wisselden we van afdeling. Sofie en Paulien stonden op pediatrie. Saartje en Jolize begonnen in het operatiekwartier. Op pediatrie volgden Paulien en Sofie een ronde door de zaal. De dokter gaf heel wat uitleg. Het ergste was een kindje met hyperthyroïdie en cardiale problemen dat beademing nodig had. Omdat er echter geen stroom was, kon het kindje niet beademd worden. De situatie zag er echt niet goed uit. Het meisje heeft niet meer lang te leven. Op de afdeling neonatologie bleek dat de couveuses allemaal stuk waren, op één exemplaar na! Er lag een kindje van een HIV-positieve moeder. Het neonaatje heeft een kans van 20% dat het ook HIV-positief is.

Saartje en Jolize volgende op chirurgie de zaalronde. Het viel op dat het in het merendeel van de gevallen ging om orthopedische ingrepen, meestal omwille van verkeersongevallen. Niet al te moeilijk te begrijpen voor wie hier eens over straat gelopen heeft. Helaas lagen er ook nog enkele mensen met openbeenbreuken wachtend op hun operatie totdat ze voldoende geld bijeengesprokkeld hebben om deze te kunnen betalen. We vroegen aan een stagair wat er zou gebeuren mochten ze het geld niet vinden. Hij antwoordde hierop dat het zonder operatie ook wel op een of andere manier zou genezen.

In de namiddag kregen we te horen dat Prof. Rigo goed aangekomen was. We zouden hem morgen kunnen zien. ’s Avonds speelde Sofie, Paulien en Saartje een kaartspelletje. Plots stond er een congolees naast ons die per se met ons wou meespelen. Jolize had al eens met hem kennis gemaakt toen hij plots zonder kloppen haar kamer kwam binnenlopen, iets wat ze niet wist te appreciëren. Verder vond hij het ook een goed idee dat hij naar België zou komen en bij ons zou logeren. We hadden dus al van hem gehoord maar voelden ons toch verplicht hem te laten meespelen. We wouden het spelletje uitleggen, maar dat bleek niet nodig, hij beweerde slim genoeg te zijn. Helaas viel hij snel door de mand en verloor hij spelletje na spelletje, wat heel grappig was wegens zijn machogedrag. Hij kon er moeilijk tegen dat we aan het lachen waren en vond het nog minder leuk als we Nederlands onder elkaar praatten. Wat we niet begrijpen, want hij beweert namelijk ook onze taal te verstaan. Wat vloeken betrof was hij wel degelijk een genie. Toen we hem erover aanspraken werd, voelde hij het wat warm worden onder zijn voetjes. We mochten het zeker niet tegen de rector zeggen. Even later kwam ook de econoom erbij zitten en hij speelde het spelletje met ons mee. We lachten wat af, zeker toen Paulien plots een telefoontje met de rector nadeed. Gelukkig was het snel tijd om te eten en moesten we afscheid nemen. Arme jongen, we hebben zo met hem gelachen, maar hopelijk heeft hij zijn lesje geleerd.

Vrijdag 26 augustus
Sofie en Paulien moesten een tijdje wachten vooraleer de dokter van de afdeling pediatrie arriveerde. Ondertussen hielden ze een gesprek met enkele stagiairs en verpleegkundigen van de afdeling. Er werd verteld dat het poliovaccin op was. Het zou minstens enkele weken duren vooraleer het vaccin terug in het ziekenhuis was. Hierdoor zouden heel wat pasgeborenen niet gevaccineerd worden aangezien de moeders niet met hun kinderen zouden terugkeren!
Die nacht was er een moeder ‘gevlucht’ met haar kind uit het ziekenhuis. Het kindje was genezen en de moeder wou of kon de ziekenhuisrekening niet betalen.

Na de ronde doorheen de afdeling pediatrie, namen Paulien en Sofie een kijkje op de afdeling ‘malnutritie’. Er wordt niets aangerekend wanneer de ondervoede kinderen behandeld worden. Zo proberen de dokters te voorkomen dat ouders hun kinderen niet binnenbrengen in het ziekenhuis omdat het teveel geld kost.

Jolize en Saartje brachten nog een dagje door in het operatiekwartier. Ze zagen 2 zevendejaars stagiairs een huidgreffe nemen. Ze deden het goed, al waren ze soms wat onhandig, wat voor lachwekkende momenten zorgde in het ok. We vroegen ons af of er geen prof aanwezig moest zijn om de stagairs een beetje in het oog te houden, maar de stagairs verzekerden ons dat de prof hun volledig vertrouwde.

Na onze stage kwamen we Prof. Rigo tegen. Hij had een heel druk programma maar we konden toch even een overzicht geven van onze ervaringen hier.

We hadden besloten om nog wat souvenirs te kopen. Onze onderhandelingskunsten moesten we nogmaals toepassen. We doen het best goed! We kochten eigenlijk veel meer dan we wilden kopen, maar al die Afrikaanse spulletjes leken zo verleidelijk om te kopen.

Er verblijven sinds enkele dagen zes Fransen in de Procure. Ze zijn niet zo handig: ze hebben al een glas gebroken, een stoel omgegooid,borden laten vallen,… Toen Jolize en Paulien ’s avonds terugkwamen in hun kamer, kwam er water onder de deur uit. Blijkbaar hadden de Fransen in één van hun kamers het kraantje van hun lavabo laten openstaan. Ondertussen waren ze drie dagen ergens anders naar toe. Hierdoor was de kamer ondergelopen en was het water door de gang naar de kamer van Jolize en Paulien gelopen. Als compensatie (en ook omdat ze onze wijn opgedronken hebben) vroegen we of ze ons niet wilden trakteren op een beetje wijn. Tijdens het eten werd er ons daarom een fles Franse wijn aangeboden en later kregen we ook nog nootjes van andere gasten hier, wat een feest! We hebben het hier dus best naar onze zin, maar de tijd vliegt! We kunnen ons nauwelijks voorstellen dat we al meer dan 3 weken hier zijn. Woensdagochtend vertrekken we in Bukavu en donderdagochtend zijn we normaal gezien al terug in België!

donderdag 25 augustus 2011

Verdere stagedagen in Hôpital général de Bukavu

Dinsdag 23 augustus
De tweede stagedag begon voor Sofie en Paulien op een typische Congolese manier: met de nodige vertraging. Het duurde enorm lang vooraleer de eerste operatie begon!
Het was een meisje van vijftien jaar dat door een vrachtwagen was aangereden. De tibia in haar linkerbeen was hierdoor gebroken. De rechter femur was eveneens gebroken. Verder had ze aan de achterkant van haar been een gigantische open wonde. Hiervoor zou er een huidgreffe nodig zijn.
Na deze operatie duurde het enorm lang vooraleer de volgende operatie kon beginnen. We vonden het wel jammer dat we bijna een anderhalf uur moesten wachten. De volgende patiënt was ook het slachtoffer van een verkeersongeval. Haar kniegewricht moest hersteld worden.

Jolize en Saartje deden de gebruikelijke zaalronde op pediatrie. Een baby’tje dat sepsis had opgelopen en lange tijd in een centre de santé onvoldoende behandeld was, was op de afdeling aangekomen. Het zag er niet zo goed uit. De dokter deed nog alles wat hij kon maar uiteindelijk overleed hij in de late namiddag. De dokter legde uit dat het vaker gebeurde dat patiënten pas heel laat, en meestal dan te laat, naar het ziekenhuis komen. Niet zo onbegrijpelijk als je in een dorpje woont op enkele dagen wandelen van de stad, maar toch konden we het maar moeilijk vatten.

Om half twee gingen we naar het ‘culturele en wetenschappelijke café’. Dit was een afsluiter van het studentenjaar van de faculteit geneeskunde. De hele dag waren er allerlei voordrachten. We volgden een voordracht over obesitas en over het systeem van ziekteverzekering in Zuid-Kivu. Er is hier een groot probleem dat slechts heel weinig Congolezen een ziekteverzekering hebben. Hierdoor kunnen ze vaak de kosten van de ziekenhuisopname niet betalen.
Als afsluiter volgden we de finale van de quiz ‘Genie medicale’ mee. Wij vonden de vragen best moeilijk, zeker omdat ze in het Frans vragen.

’s Avonds belde Jean-Baptiste ons om ons uit te nodigen voor het trouwfeest van zijn schoonzus. We kijken er naar uit!

Woensdag 24 augustus
Sofie en Paulien hadden voormiddag iets meer geluk dan de vorige dagen: de eerste operatie begon al rond kwart voor negen. De patiënt was een jongen van 15jaar die onlangs besneden werd in een klein ruraal ziekenhuis. Het was heel slecht gedaan waardoor hij nu opnieuw geopereerd moest worden. Daarna zagen we een besnijdenis bij een klein baby’tje. Besnijdenissen gebeuren hier meestal op heel jonge leeftijd bij bijna alle jongens.
Tenslotte volgden we nog een operatie aan het ruggenmerg van een slachtoffer van een verkeersongeluk. Het was een boeiende stagedag!

Saartje en Jolize volgden weer mee met een toer door de zaal op pediatrie en intensieve zorgen. Daar ondervonden ze dat de regelmatige stroomonderbrekingen een groot probleem vormen voor het ziekenhuis en vooral voor de patiënten. Zo liggen de beademingstoestellen regelmatig enkele uren uit of zijn ze gewoon stuk en duurt het dagen voor ze gemaakt zijn, waardoor de patiënten dan gewoon niet beademd worden. Met alle gevolgen van dien.

Na onze stage gingen we nog even de stad in om een cadeau te kopen voor de trouw ’s avonds.
We hadden al eerder geïnformeerd welke gebruiken er hier de gewoonte zijn op vlak van cadeaus. Uiteindelijk kochten we een mooie set glazen. Onderweg kochten we ook nog wat souvenirs (na weer wat onderhandelen).

We hadden nog tijd om een frisse douche te nemen aangezien we allemaal heel erg bezweet waren van onze stage en de wandeling door de stad. Het was echt een warme, stoffige dag.
Toen konden we ons klaarmaken voor het feest. Met veel vreugde deden we onze pagnes aan.

Jean-Baptiste kwam ons rond half zeven (met de nodige Congolese vertraging) oppikken aan de Procure.
Het was een hele belevenis zo’n trouw. Het feest begon met een echte ceremonie voor het geven van de cadeaus. Het getrouwde koppel kreeg ondermeer drie koeien, waarvan twee melkkoeien, en een stier. Toen moest het koppel een aantal nummers dansen, de rest van de zaal bleef nog zitten. Er was enorm veel volk (meer dan 150 mensen) en dit was blijkbaar alleen het feest voor de familie en vrienden van de bruidegom. Het feest voor de familie en vrienden van de bruid was enkele dagen geleden doorgegaan.
Toen mochten we aanschuiven aan het buffet. We genoten van de heerlijke maaltijd.
Daarna was het tijd om te gaan dansen. We maakten de dansvloer onveilig. Ook Jean-Baptiste en zijn vrouw bleken echte natuurtalenten te zijn op de dansvloer. We werden voortdurend omringd door Congolese jongens. Ze wilden allemaal hun danstalent aan ons tonen. De Belgische jongens kunnen er nog wel wat van leren!

Rond elf uur wou Jean-Baptiste ons naar huis brengen. Helaas bleek toen dat het fototoestel van Sofie gestolen was. Dat was een echte domper op de avond! We keken nog rond, maar natuurlijk konden we het niet meer vinden.
Het was een mooie avond maar door het verlies van het toestel was de stemming erg bedrukt.
Hoewel de kans miniem is, hopen we stilletjes dat het toestel toch nog boven water komt.

dinsdag 23 augustus 2011

Terug in l'hôpital général

Zaterdag 20 augustus
We hadden gepland om het dit weekend een beetje rustig aan te doen. Normaal zouden we een wandeling gaan maken met Marie-Noël. We hadden haar gisterenavond gestuurd, maar ze zou ons nog iets laten weten. Zaterdagvoormiddag deden we onze was aangezien de zon volop scheen. Daarna genoten we van de zon. Helaas werden we voortdurend aangevallen door mieren.
Uiteindelijk bleek Marie-Noël toch geen tijd te hebben. We besloten om zelf op souvenirjacht te gaan. Toen we aan de econoom van de Procure het adres van een goede souvenirwinkel vroegen, stelde hij voor om met ons mee te gaan. Anders zouden we volgens hem veel te veel moeten betalen. Hij ging ons helpen bij het onderhandelen.

Het kopen van souvenirs duurde langer dan verwacht. Het bleek niet eenvoudig om niet afgezet te worden. Maar na heel wat gepraat en het toepassen van allerhande onderhandelingstechnieken, hadden we heel wat leuke spulletjes kunnen kopen aan een redelijke prijs! We hadden het gevoel dat we terugkwamen van een succesvolle soldenjacht!

De avond brachten we op een rustige manier door met enkele kaartspelletjes.
Er kwam wel nog iemand (Pidju) langs die we blijkbaar in Kaniola ook ontmoet hadden. Hij werkte deels bij Action d’Espoir. Hij had enkele tassen voor ons laten maken uit een pagne. Hij had twee modellen laten maken. Helaas was het ene model niet zo mooi. Hij zei dat hij ging vragen aan de couturier om die andere twee tassen ook in het mooie model te maken.

Zondag 21 augustus
Aangezien we ons nu in een vrij katholiek land bevinden, konden we het aanbod van de econoom niet weigeren. Hij vroeg of we mee wilden gaan naar de jongerenmis van tien uur. De kapel lag op een kleine tien minuten rijden van de Procure. We kwamen te vroeg aan, de vorige mis was nog bezig. Daarom besloten we om even in de schaduw te wachten. Opeens werden we omringd door een hele groep kinderen. Ze bleven rond ons staan en bekeken ons grondig. Het was wel vreemd want zó interessant waren we nu ook niet!
De mis viel een beetje tegen. Het duurde meer dan twee uur en de priester was moeilijk te verstaan.

Na het middageten wilden we even uitrusten en een boek lezen. Lang konden we echter niet lezen, Pichout wou ons graag zijn huis laten zien. Hij woonde op enkele minuten wandelen van de Procure. Toen we bij zijn thuis zaten, voerde hij een monoloog over zijn project. Hij brengt misbruikte vrouwen samen en biedt hen een stukje land aan waarop ze allerlei gewassen kunnen telen.  We vonden zijn ideeën wel goed, maar hij kon ons niet overtuigen van de duurzaamheid van zijn project.  Hij was enorm vriendelijk en had zelfs speciaal voor ons tassen laten maken uit de typische Afrikaanse stoffen. We vonden dit een beetje vreemd, aangezien we hem nog niet zo lang kenden.  Op het einde kwam de aap uit de mouw: hij zocht nog sponsors voor zijn project! We hebben ondertussen al vaker gemerkt dat in Congo meestal niets voor niets is.

Rond vier uur keerden we terug en even later begonnen we te koken. Inderdaad, wij zouden zelf het avondeten maken in de Procure! We hadden besloten om een lekkere spaghetti te maken, puree, gehaktballetjes en kool. Onze spaghettisaus was een echt succes, het werd door iedereen gesmaakt! Ook de puree, gehaktballetjes en de kool deden het goed.
Die avond waren er ook Fransen van de ngo Caritas. Zij vonden het eten erg lekker en zongen zelfs voor ons om ons te bedanken. Ze wilden echter ook allemaal een glas wijn van het wijntonnetje dat we gekocht hadden, hierdoor slinkte onze voorraad zienderogen! Onze wraak zal zoet zijn ;)!!

Maandag 22 augustus
Na een onderbreking van 2 weken gingen we vandaag terug naar het hôpital général van Bukavu. Sofie en Paulien begonnen op de afdeling chirurgie en Jolize en Saartje op pediatrie.

Op pediatrie deden Jolize en Saartje mee met de tour de salle. Ze werden hierbij vergezeld door 14 studenten dieetkunde en verpleegkunde. Hierdoor was het soms trekken en duwen om tot bij de patiënt te komen, maar ze wisten hun mannetje te staan. De dokter wou echter dat we het goed begrepen en deed uiterste best om ons nadien elke casus nog eens in het Engels uit te leggen. We hebben echter al gemerkt dat het Engels wat Congolese haren bevat en dat het voor ons soms makkelijker is de Franse uitleg te verstaan. De casussen die ze zagen waren erg interessant en zeer afwisselend. Ook bezochten we de afdeling neonatologie. Hier lagen prematuurtjes en neonaten met andere problemen zoals een infectie. De twee kleinste baby’tjes wogen slechts 1kg en maakten deel uit van een drieling, waarvan er eentje enkele dagen geleden overleden was. De dokter zei dat hij hoopte dat de andere twee zouden overleven. En wij hopen mee!

Aangekomen op de afdeling chirugie kwamen Paulien en Sofie te weten dat er vandaag waarschijnlijk geen operaties zouden doorgaan, aangezien ze vorige zaterdag een nieuwe vloer hadden gelegd en de operatiezaal nog niet gepoetst was. Gelukkig werden we ondertussen opgevangen door dokter Patrick op de afdeling intensieve zorgen. Hij besprak samen met ons de aanwezige patiënten. Hierna hebben we een ‘mega’ wonde verzorgd van de halsfascia, met hulp van een verpleegkundige. De patiënte was een diabetici, die als complicatie een abces had opgelopen omdat ze haar medicatie niet had ingenomen. Rond 11 uur kwamen ze ons eindelijk roepen voor een operatie van een 7-jarige jongen, voor een niet ingedaalde testis. Terwijl de operatie bezig was, vertelde de chirurg dat hij al vaker in België was geweest. Sofie vertelde dat ze dichtbij Maastricht woonde, een Nederlandse stad. De dokter reageerde verbaasd en vroeg of het de stad was, waar de bekende ‘ Mississippi ’ lag. Sofie vroeg haar af of ze het wel goed begrepen had, maar aan zijn reactie te zien zat ze juist en ging het wel degelijk over de bekende legale drugsboot. Ze durfde wel niet vragen of hij al een bezoekje had gebracht aan de boot.

Na onze dag in het ziekenhuis besloten we een korte wandeling te maken doorheen de stad. We moesten namelijk onze pagnes nog gaan afhalen bij de kleermaker. Onderweg bezochten  we nog wat plaatselijke marktkraampjes. We waren iets te vroeg bij de kleermaker, want de twee heren waren nog bezig aan onze kleedjes. We besloten eerst iets te gaan drinken en erna terug te keren. We waren vrij moe van het wandelen in combinatie met de hete zon en snakten naar een koud drankje. We kwamen een cafeetje tegen met een klein terrasje, ideaal voor onze vermoeide benen. We zaten nog maar enkele minuten toen een Congolees ons aansprak. Hij wist dat we stage deden in het ziekenhuis (we vallen namelijk op) en nodigde ons uit aan zijn tafel. Samen met nog 2 andere studenten geneeskunde en 2 studenten agricultuur dronken we nog een pintje (Primus, een Congolees bier). Het pintje smaakte en de studenten waren ijverig met het bijschenken. We moesten meermaals zeggen dat we echt wel bij de kleermaker moesten zijn en uiteindelijk vertrokken we met een uurtje vertraging. De kleermakers waren nu wel klaar met onze kleding en het was tijd om ze te passen! Het werd al gauw een lachwekkende bedoening toen zowel Saartje als Sofie stikten in hun topje. Het kleedje van Paulien was erg strak en Jolize moest wel erg veel moeite doen om haar achterste in haar rok te krijgen. De kleermakers lachten zich een breuk en begonnen al snel te retoucheren. Onze kleren pasten keer na keer wat beter, al was het soms nodig een kledingstuk tot drie keer terug onder de naaimachine te leggen. Ondertussen werd het al bijna donker en moesten we ons naar de Procure haasten. Onderweg stopten we nog even in een plaatselijke supermarkt met Europese voedingsmiddelen en kochten we ons nog wat chips. Even later bleek het al redelijk donker en besloten we dat het veiliger was een taxi te nemen. Deze zette ons keurig af aan de Procure. We hadden post; we zijn morgen uitgenodigd voor een ‘Cultureel & wetenschappelijk café’ ter gelegenheid van het einde van het academiejaar. Na een lange dag keken we uit naar een deugddoende douche. De teleurstelling was groot toen er geen water bleek te zijn, ook het internet deed het niet. Na een vermoeiende dag (met veel zweet) gingen we (bestoft) slapen.

zaterdag 20 augustus 2011

Foto!

Laatste dag in het Panzi ziekenhuis

Vrijdag 19 augustus
De tijd vliegt voorbij, het was vandaag alweer onze laatste dag in het Panzi ziekenhuis.
We probeerden nogmaals te onderhandelen maar helaas kenden de taxichauffeurs van de Place d’independance ons al. Het lukte niet om een prijs onder de 1000 Congolese frank per persoon te krijgen. De taxichauffeur tankte eerst nog: 4 liter en dat was alles!
Ook vandaag had de auto geen zijspiegels, dat is hier blijkbaar niet nodig.

Aangezien we de voorbije dagen in de Procure niet op internet konden, hadden we onze tekst voor de blog op een usb-stick gezet. In het Panzi ziekenhuis mochten we onze tekst op de blog plaatsen, zo konden we jullie weer op de hoogte houden!

We hadden al consultaties meegevolgd en in de postoperatieve zaal gestaan van de gynaecologische afdeling. Daarom gingen we vandaag terug naar het operatiekwartier. Er stonden drie operaties gepland. De eerste operatie was het herstellen van een vesicovaginale én een rectovaginale fistel bij eenzelfde patiënte. Het was een ingrijpende operatie die drie uur duurde. Toen de operatie twee uur bezig was, begon de tweede operatie op de operatietafel ernaast. De tweede operatie was een laparatomie. De patiënte had een onbekende massa in haar onderbuik zitten. Het bleek een cyste te zijn. Toen de arts de dikke cyste opensneed, werd Paulien verrast door de straal vocht die eruit spoot. Gelukkig belandde de vloeistof alleen op haar operatiebloes.

Na de operatie namen we afscheid van de vriendelijke gynaecologen. Het Panzi ziekenhuis was een mooie ervaring. Het was wel confronterend om te zien hoeveel vrouwen er nu nog verkracht worden!

Eénmaal terug in de Procure stelden we vast dat we vandaag wel internet hadden!
Het avondeten viel mee, maar toch kijken we elke dag meer en meer uit naar het lekkere, gevarieerde eten in België!
Eén van onze nieuwe bezigheden is het spelen van hartenjagen en wiezen!

vrijdag 19 augustus 2011

Maandag 15 augustus

Maandag stond ingepland als een “rustdag”, voornamelijk om te bekomen van de week stage in Kaniola en het weekend in Idwji. Helaas verliep deze dag niet zoals gepland! We besloten onze was af te halen die we hier hadden laten wassen. We ging al eens piepen aan de wasdraad. We verschrokken ons een bult toen we zagen dat een aantal kleren vreemde blauwe vlekken vertoonden. Achteraf bleek dat het lot het vooral op 1 persoon gemunt had: Saartje. Het zustertje vertelde ons dat het mogelijk door hun zeep was. Jolize had echter speciale handwaszeep afgegeven. Jammer genoeg had het zustertje al geprobeerd de vlekken eruit te halen, echter zonder succes. De econoom van de Procure gaf Saartje een levensles: “On doit apprendre de perdre des bonnes choses.” Saartje vond het slechts een magere troost en liet dit duidelijk blijken. Hierdoor doet de econoom nu zijn uiterste best om het goed te maken. Gelukkig moet ze door een extra witte jas van Jolize niet als een smurf in het ziekenhuis rondlopen.

Verder bestond onze dag er uit om nog eens de blog bij te werken en ons mailverkeer met het thuisfront te checken. Paulien werkte de hele voormiddag aan het beschrijven van onze voorbije week, een hele boterham. De teleurstelling was echter heel groot toen bleek dat het internet de hele dag plat lag. Gelukkig hadden we nog iets om naar uit te kijken. We gingen namelijk in de namiddag samen met Marie-Noël typische Afrikaanse kleding kopen (pagnes). Dit viel jammer genoeg ook in het water toen bleek dat ons Congolese netwerk besloten had om het vandaag te laten afweten. Toen we uiteindelijk een teken van leven kregen, was het echter al 17uur (sluitingstijd van de winkels). Het was voor ons heel leuk dat Jean-Baptiste ons niet vergeten was en met de nodige communicatieproblemen ons toch kwam uithalen voor een etentje bij zijn thuis. Het werd een gezellige avond met wijn en lekker Congolees eten. Jean-Baptiste vond het een uitstekende gelegenheid om het huwelijksbier van zijn dochter op tafel te zetten. Voor ons was het echter verwarrend aangezien we zijn beide dochters al ontmoet hadden en ze beiden ongehuwd bleken. Candide (een van zijn dochters) haalde even later aan dat de bruid echter haar tante was. We hadden ondervonden dat Congolezen meerdere personen “mama” en “papa” noemden. Candide vertelde dat de vader van haar tante gestorven was. Jean-Baptiste, als oudste zoon, behoorde de vaderrol over te nemen. Ze vond het ook een belediging voor de ouders van Paulien dat wij hen gewoon bij hun naam noemden. Plots vond J-B dat, vlak na het dessert, het hoog tijd was om ons terug naar de Procure te brengen. We vonden dit een beetje vreemd omdat de sfeer er nog in zat. De terugweg deed ons even denken aan de Belgische wegen. Even was de weg rustig, geasfalteerd en verlicht. Even later werd duidelijk waarom J-B besloten had ons naar huis te brengen. Op een onverhard stukje door het bos stond er een auto geparkeerd, dwars op de weg. J-B had de reflex om te stoppen en achteruit te rijden, uit het zicht van de auto. Zijn zonen stelden voor om even te gaan kijken. Ze kwamen terug met een geruststellende uitleg: de auto was onbemand en waarschijnlijk achtergelaten door een dronkaard. Hoewel we blij waren dat we veilig in de Procure aankwamen, was het toch nog weer eventjes schrikken. Onze eigen bewakingsagenten zagen er erg eng uit met hun wapens en norse gezichten. Buiten onze aankomst op 1augustus, was het namelijk de eerste keer dat we in het donker in de Procure aankwamen. Achteraf gezien waren we best tevreden met hun akelige vertoning. Het gaf ons een extra gevoel van veiligheid :D!

Dinsdag 16 augustus

Na een wat teleurstellende maandag volgde er een opkikkerende dinsdag! We gingen voor het eerst naar het Panzi ziekenhuis. Dit lag niet op wandelafstand van de Procure en daarom besloten we een taxi te nemen. We kozen voor de minst opdringerige taxichauffeur die ons voor de juiste prijs naar de eerste stopplaats wou brengen. De auto zelf had echter zijn nodige tekortkomingen: enkele deuren gingen niet open, andere niet dicht, de zijspiegel ontbrak en ‘Carglass’ kennen ze hier blijkbaar niet. Halverwege onze route moesten we een stukje wandelen en een volgende taxi nemen. Jolize maakte korte metten met de Congolese opdringerigheid door haar deur boos dicht te slaan toen een Congolese man deze probeerde te openen om haar iets te verkopen. De taxichauffeur besefte dat er niet met ons te sollen viel en maakte zich snel uit de voeten. Hoewel we het al gewoon zijn dat ze ons aanstaren en naroepen, bleken ze dit keer enorm veel interesse te hebben in de benen van Sofie. Ze had het er namelijk op gewaagd een kniebroek aan te doen, “shockerend”! Aangezien we nog niet in geldnood zitten, past ze morgen haar kledingsstijl aan. In het Panzi werden we ontvangen in het chique kantoor van de bekende dokter Mukwege. Hij had een enorm positieve ingesteldheid. “Het draait er niet om wat je hebt maar om wat je kan doen”. Saartje overweegt nu om de mensen die haar kleren ‘gekleurd’ hebben, te vergeven. Later die dag volgden we enkele fisteloperaties en een myomectomie die leidde tot een hysterectomie (eventueel wel opzoekwerk voor degenen die dit niet kennen, wij zijn nu even te moe om het helemaal uit leggen). Op de terugweg met de taxi merkten Sofie en Saartje een schroothoop op. Bij nader inzien bleek dit een verzamelplaats voor taxi’s te zijn. Eénmaal terug in de Procure was het lot ons weer goedgezind! Het internet bleek weer te werken, zelfs aan Congolese topsnelheid! Ook was er weer stroom (optie 1), water (optie 2), dit was zelfs warm (optie 3), genoeg voor iedereen (optie 4) en kregen we warme frieten (optie 5). Zoveel luxe op één dag, dat was ons wel vijf sterren waard! Zeker na een dag als maandag toen iedereen behalve Sofie, een warme douche had genomen. Vol hoge verwachtingen keek ook zij hier naar uit. Het werd echter een lekkere, rustgevende, ontstressende en koude druppelende douche. Ze verzekerde ons ervan dat haar boosheid niet op ons, maar wel op de hele wereld gericht was. Onze vriend Zain (het Congolese gsmnetwerk) laat het voorlopig ook al enkele dagen afweten! We vertrouwen erop dat ook dit weer in orde komt, waarschijnlijk mits het inleveren van enkele andere ‘opties’. Voor degenen die nu dus geen berichtjes meer van ons krijgen: we leven nog steeds! Na het avondeten was het tijd om afscheid te nemen van de ouders van Paulien. Via deze weg willen we hen nog eens bedanken voor de uitstekende zorgen en begeleiding! Uitgeput, maar voldaan (wetende dat onze blog geschreven is) gingen we slapen na nog een lekker glaasje rode wijn.
P.S.: Om mogelijke twijfel weg te nemen, de blog wordt door ons alle vier samen geschreven! Bij deze weten jullie eveneens onze activiteiten na 6u ’s avonds ;).

Woensdag 17 augustus:

Onze ochtend begon weer met het uitzoeken van een betrouwbare taxi. Na wat getrek en geschreeuw waren we in een veilige taxi beland, die ons rechtstreeks naar het Panzi-ziekenhuis bracht. De taxi mistte weer een spiegel, iets dat we stilaan gewoon aan het worden waren. Vandaag splitsten we in twee groepen, Paulien en Saartje volgden de gang van zaken postoperatief en Jolize en Sofie de consultaties.

De consultaties kwamen traag op gang. De patiënten zaten klaar, de dokter maakte echter nog geen aanstalten om aan de dag te beginnen. Er was buiten een ‘counseling sessie’ bezig en die trok onze aandacht! De patiënten kregen elk een instrument. Ze zongen en dansten, al trommelend op het ritme van Afrikaanse muziek. Zo komen de patiënten, die één of ander trauma hebben meegemaakt, elke woensdag samen om hun zorgen te vergeten. Aangezien wij ook wat trauma’s hebben meegemaakt zoals koud water, geen internet, geen netwerk, geen pagnes etc. gingen Sofie en Jolize mee dansen of laten we zeggen, een poging wagen tot dansen. Een Afrikaanse jongen ontfermde zich snel over ons en legde uit wat we moesten doen. Na onze ochtenddans begonnen we aan de consultaties, die we volgden bij dokter Silvy. Dokter Silvy is van opleiding een huisdokter, maar doet vooral gynaecologisch werk. Ze beslist als het ware of een vrouw met gynaecologische klachten moet doorverwezen worden of niet. Ze was erg vriendelijk, maar toch vrij gesloten. We vonden dit jammer omdat we telkens opnieuw moesten vragen welke klachten de patiënt had. Haar bevindingen schreef ze op in een boekje en af en toe spiekten we zodat we toch de situatie konden schetsen.
Het was duidelijk dat ze nog geen communicatievakken van Professor Van Mierlo of meneer Daenen gevolgd heeft, want ze stuurde haar patiënten telkens zonder uitleg weg. Er was één vrouw die ons bijzonder deed schrikken. Ze kwam binnengewandeld met een hevige pijn en haar ogen draaiden af en toe weg. Wij vonden het onverantwoord dat ze zelf nog tot in het kantoor had moeten wandelen. Maar ook dit hadden we al vaker gezien dus konden we het beter relativeren. De dokter onderzocht haar en stuurde haar door naar de farmacie. Ze zei nadien dat het waarschijnlijk niet zo erg was omdat ze niet direct een medisch probleem ontdekt had. Voor ons was het echter moeilijk om te zien hoe de patiënte afzag van de pijn. Een andere patiënte was 19 jaar oud en had al 3 kinderen. Ze beweerde dat ze niet wist wanneer ze van haar eerste kind was bevallen. Ze vertelde verder dat haar man gestorven was. Voor ons een vreemd verhaal, maar de dokter vertelde ons dat dit wel vaker voorkwam.

Saartje en Paulien volgden de toer doorheen de zaal samen met een dokter. We zagen de patiënten die de vorige dag geopereerd waren. In de zaal lagen vooral vrouwen die complicaties hadden gekregen nadat ze verkracht geweest waren. Er lagen heel wat jonge vrouwen bij. De vrouwen lagen relatief rustig in de zaal. De dokter legde uit dat ze hier gratis verzorgd worden en dat ze ook eten kregen. Dankzij de steun van een aantal organisaties kon het Panzi ziekenhuis deze service aan bepaalde vrouwen aanbieden. We hielpen met het verzorgen van een wonde na een fisteloperatie.
Heel veel konden we die voormiddag niet doen. We gingen ook kijken in de preoperatieve zaal. Hier lagen een aantal vrouwen met rectovaginale fistels, of zelfs vrouwen die zowel een vesicovaginale en een rectovaginale fistel hadden!

Rond 15uur zouden Sylvie en Fidel (collega’s van Marie-Noël van Action d’Espoir) ons komen halen in het Panzi ziekenhuis. Ze kwamen ons ophalen om Afrikaanse pagnes te kopen. We zouden die stoffen dan naar een naaister brengen die er voor ons een mooie jurk op maat van zou maken. Sylvie en Fidel waren er echter niet en de moed zonk ons even in de schoenen. Het was weer om moeilijk om hen te contacteren. Toen dit uiteindelijk lukte, kregen we het nieuws dat ze nog maar halverwege waren. We besloten daarom om ze tegemoet te wandelen. Het was leuk om de lokale sfeer op te snuiven en we kwamen weer her en der muzikale klanken tegen. Een klein kwartier later kwamen we de auto van Fidel tegen en stapten we in. Zo gingen we samen op zoek naar pagnes. De zoektocht bleek echter moeilijker dan gedacht. De winkeliers in Bukavu waren in een soort van staking uit respect voor een man die het slachtoffer was van een moord. Bijna alle grote winkels waren gesloten. We gaven niet zomaar op en probeerden nog een klein winkeltje. We zagen niet onmiddellijk een mooi stofje. Sylvie overtuigde ons ervan dat het beter was dat we morgen zouden gaan. Voor vandaag lukte het dus weer niet, maar zoals men zegt: ‘derde keer goede keer’.
Na de opgegeven zoektocht gingen we terug naar de Procure. Helaas, zoals eerder vermeld, moesten we de ene ‘optie’ inruilen voor de andere. Zain, het Congolese netwerk werkte weer, het internet werkte echter weer niet. We speelden wat kaart tot het avondeten klaar was. We gingen ‘troeven’. Jolize (die het spel uitlegde) kreeg het plots moeilijk toen ze niet 3, maar 4 azen in haar handen had en plots niet meer juist wist hoe de spelregels nu waren. Toch was het een leuk potje kaart en na een klein uurtje was het avondeten klaar. Vandaag was het een kleine ‘feestmaaltijd’ (in vergelijking met de vorige dagen): heel wat lekkere groentjes, vers fruit én we kregen zelfs rode wijn en een drankpraline aangeboden! We maakten tijdens het eten kennis met een Franse familie. De vader heeft twee jaar lang als arts gewerkt op het eiland Idwji. Twee kinderen studeerden ook geneeskunde. Het was leuk onze ervaring met hun te delen. We sloten onze dag af door de boekhouder nog een korte Nederlandse les te geven. Hij moet wel nog veel oefenen!

Donderdag 18 augustus
We begonnen de ochtend met een heuse onderhandeling met de taxichauffeurs. Gisteren had de econoom van de Procure ons verteld dat we nog vrij veel betaalden (1000 Congolese frank of ongeveer 1 dollar per persoon) voor onze rit naar het Panzi ziekenhuis. We besloten het eens op zijn Congolees aan te pakken en ondernamen een poging tot onderhandelen. Helaas spanden alle taxichauffeurs opeens samen! Uiteindelijk moesten we genoegen nemen met een rit voor 1 dollar per persoon. We moeten dus onze onderhandelingskunsten nog wat bijschaven! Het was ons gisteren al opgevallen: de taxichauffeurs rijden best ecologisch. Wanneer de weg bergaf gaat, zetten ze gewoon hun motor uit en hobbelen we rustig voort op de modderige weg. Ja zelfs hier in Congo blijft de regen ons achtervolgen! Door de klimaatwijzingen is het regenseizoen vroeger begonnen dan normaal.

Saartje en Paulien volgden vandaag de consultaties mee. Vandaag deed echter één van de vriendelijke gynaecologen een deel van de consultaties. Hij gaf heel veel uitleg en liet ons mee onderzoeken, anamnesen afnemen, palperen,…Het was echt interessant. Er kwam een oudere mevrouw met een prolaps van de baarmoeder. Hij liet ons voelen en we mochten zelfs de prolaps terugduwen! De consultaties verliepen op een heel rustig tempo, heel anders dan in België. Myomen van de baarmoeder komen ook veel voor in Congo, zelfs bij jonge vrouwen. Hier proberen ze echter de baarmoeder ook zo veel mogelijk te sparen en wordt een hysterectomie zelden uitgevoerd. Het krijgen van kinderen is enorm belangrijk en het is een kleine ramp als een vrouw steriel is. Blijkbaar kunnen die vrouwen zelfs verstoten worden door hun eigen familie en is het een ware schande. Het was vreemd toen we een meisje van 22jaar zagen dat al twee kinderen had en waarschijnlijk zwanger was van een derde.

Sofie en Jolize stonden dit keer in de zaal. Ze konden in het begin niet veel doen. Daarom waren ze heel erg opgelucht toen er een chirurg kwam vragen of ze een operatie wilden bijwonen. Men ging de baarmoeder terug mooi op zijn plaats vasthechten door de ligamenten in te korten. Het was een langdurige operatie.

We hadden besloten om vandaag een derde poging te wagen om pagnes te kopen. Helaas waren ook nu de winkels nog gesloten als teken van respect voor de gedode winkelier. Fidel stond ons om 14uur  ‘trouw’ op te wachten aan het ziekenhuis. We reden langs het bureau van Action d’Espoir om Marie-Jeanne, een collega van Marie-Noël, op te halen. Sylvie kon vandaag niet dus ging zij met ons mee. Na heel wat rondgereden te hebben, besloot ze om ons mee te nemen naar Kadutu market. Dat was een gigantische markt en het krioelde er van de mensen. Hier werd enorm veel gestolen dus wij durfden ons fototoestel niet mee te nemen. Op die markt verkochten ze werkelijk alles. We zagen heel veel verschillende stoffen voor onze pagnes. We werden werkelijk bestormd door vrouwen die hun stoffen aan ons wilden verkopen. Marie-Jeanne hielp ons bij het kiezen want er is een enorm kwaliteitsverschil tussen de verschillende soorten stof. We onderhandelden een beetje. Uiteindelijk betaalden we tussen de 15 en 17 dollar per stof. Volgens Marie-Jeanne hadden we goed onderhandeld ;). We baanden ons een weg terug naar de auto. Onderweg zagen we grote borden vol met ingewanden die verkocht werden. Dat was niet voor de gevoelige kijkers! We konden ons moeilijk voorstellen dat mensen dat echt konden opeten.
Na het aankopen van de stoffen, werden we naar de ‘couturier’ alias kleermaker gebracht. Fidel en Marie-Jeanne brachten ons naar de beste kleermakers van de stad. Zij werkten in een piepklein houten huisje. We kozen een model en onze maten werden nauwkeurig opgemeten met een lintmeter. We vonden het strijkijzer dat op steenkool werkte geweldig!

Eénmaal terug in de Procure waren we hoopvol dat het internet eindelijk eens zou werken, helaas! We vinden het ook heel frustrerend dat we jullie niet dagelijks van nieuws kunnen voorzien. We konden wel genieten van een warme douche.

Vlak na eten kregen we ineens te horen dat het in België heel slecht weer is en dat er heel wat problemen zijn op Pukkelpop. We vinden het heel jammer dat we er nu zo weinig over te weten kunnen komen. We hopen dat het allemaal in orde is met degenen die we niet kunnen bereiken!

dinsdag 16 augustus 2011

Eindelijk terug nieuws!!

Zondag 7 augustus- vrijdag 12 augustus: Kaniola

Eindelijk kunnen we jullie weer verder op de hoogte houden van onze avonturen, hier in het verre Congo! Om de draad terug op te pikken: zondag 7 augustus werden we dus opgehaald door Marie-Noël en haar chauffeur Fidel. Ze arriveerden rond iets na drie in de namiddag aan de procure.
Ondanks dat Kaniola maar een 60-tal kilometer van Bukavu ligt, heeft de rit toch wel 3 uur geduurd. Het was een moeizame tocht omwille van een niet-geasfalteerde weg vol met putten, maar het was een prachtig landschap. In deze streek zijn de wegen, zelfs met een 4x4, soms moeilijk te berijden. Onderweg zagen we de thee-, bananen-, rijst- en maniokplantages.
Het was een onvergetelijke rit, met vele ‘ponts’ of kleine bruggetjes in de weg, die alleen maar uit enkele houten balken en stenen bestonden. Het was altijd in spanning afwachten of onze jeep over het bruggetje zou geraken!
Moe na een lange rit op de typische Congolese wegen en oponthoud (een auto in panne in het midden van de weg), kwamen we zondagavond aan in de Paroisse.

In de Procure van Kaniola werden we opgewacht door één van de priesters, Léonard. De twee dokters van het plaatselijke ziekenhuis kwamen langs om kennis te maken. Nadat het ijs gebroken was, ging het al vlug over cesariennes (keizersnedes) en andere mogelijke ingrepen/onderzoeken. De planning van de volgende dagen werd besproken.
De Procure zelf was zeer sober ingericht ;-)!  Maar de maaltijd die we kregen was een typische Procuremaaltijd: maniokpuree alias fufu, rijst, aardappelen, bruine bonen, witte kool, geitenvlees en zelfs gebakken lever. Orgaanvlees is hier immers een echte delicatesse. Mmm…
Als dessert waren er uiteraard bananen maar ook advocado.

Maandagmorgen om half vijf werden we met een leuk deuntje wakker gemaakt (lees: brullende militairen tijdens hun ochtendgymnastiek)! De priesters luiden de klok om half zes, op zo’n manier dat je wel wakker moest worden. Zo wou men dat iedereen in het dorp om half zeven naar de mis zou gaan. Wij werden pas om kwart na 8 in het ziekenhuis verwacht en bleven dus koppig, maar wakker, in bed liggen. Marie-Noël had gezorgd voor vijf grote pakken brood waarmee we deze week onze boterhammetjes zouden kunnen smeren. Ze had ook voor beleg gezorgd: twee grote potten arachideolie! Gelukkig hadden we zelf een pot choco meegenomen voor onze lunch. Maandagochtend wou Marie-Noël absoluut onze boterhammen smeren waardoor we arachideoliepasta (zoals pindakaas) te eten kregen.
Na haar vertrek lieten we pot onaangeroerd staan op onze kamers.
Paulien nam de rol op zich om vanaf dinsdag ’s ochtends het brood in sneetjes te snijden en de lunchpakketjes klaar te maken. De eerste twee dagen aten we onze boterhammen nog met smaak op, maar vanaf woensdag waren we dat witbrood met die zoete smaak grondig beu!
De eerste ochtend kregen we geen koffie. Toen we ernaar vroegen, zeiden de priesters al lachend dat koffie voor ouderen was. Ze verzekerden echter dat we de volgende dagen wel elke morgen koffie zouden krijgen.

Het ziekenhuis lag op een kleine vijf minuten wandelen van de Paroisse. We werden er vriendelijk ontvangen door twee dokters (dokter Joseph en dokter Lagrissi), de econoom en de receptionist van het ziekenhuis. Een gedeelte van het medisch materiaal dat we hadden meegenomen, hebben we overhandigd. De rest van ons materiaal zou verdeeld worden over 3 andere ziekenhuizen en een instelling voor gehandicapten. De dokters van Kaniola waardeerden onze gift ten zeerste! Nadat wij en het medisch team ons hadden voorgesteld, mochten we de briefing meevolgen. Nadien volgde een rondleiding in het ziekenhuis. Na de rondleiding vertrokken de ouders van Paulien en Marie-Noël terug naar Bukavu. Marie-Noël zou woensdagnamiddag terugkomen.

Tijdens onze eerste dag gingen we per twee met één van de dokters mee. Het werk van de dokters is enorm gevarieerd. Ondanks hun opleiding als huisarts zijn ze toch in staat operaties uit te voeren. Saartje en Sofie volgden dokter Lagrissi, Paulien en Jolize dokter Joseph.

Dokter Joseph begon maandag met consultaties. Er kwamen heel wat patiënten met palludisme (ofwel moeraskoorts, veroorzaakt door de Malaria-mug). We vonden het shockerend dat drie van de elf patiënten een HIV-test lieten uitvoeren die positief was! Het waren de vrouwen van de Congolese militairen. Aangezien de militairen vaak maanden naar een ander gebied gaan, terwijl de vrouwen in Kaniola achterblijven, hebben zowel man als vrouw andere bedpartners. Helaas gebeurt dit bijna altijd zonder voorbehoedsmiddelen, hierdoor wordt de HIV-prevalentie in stand gehouden. Hiernaast zijn er ook vrouwen die door Rwandese/ Congolese rebellen verkracht worden. De rebellen komen dan ’s nachts of zelfs overdag vanuit de bergen naar de kleine dorpjes rond Kaniola en verkrachten vrouwen als hun echtgenoten niet thuis zijn. De verkrachtingen gebeuren echter niet meer in Kaniola zelf omdat er hier een kamp is waar Congolese militairen opgeleid worden. We voelden ons dus nog steeds veilig, zeker omdat we bleven overnachten bij de priesters.
De dokter vertelde ons dat de HIV-prevalentie hier 2-5% bedraagt. Het was toevallig dat we maandag zoveel positieve gevallen zagen. De dokter zou die patiënten voorlichting geven en voorstellen hun echtgenoot ook te laten testen.

Saartje en Sofie deelden die ochtend de zakjes uit die we samen met Marie-Noël gemaakt hadden. In die zakjes zaten tandpastetubes, zeepjes, babykleertjes, enz. De zwangere vrouwen in het ziekenhuis waren heel blij met deze kleine cadeautjes. Daarna volgden ze dokter Lagrissi tijdens zijn toer door de verschillende zalen. Het ziekenhuis van Kaniola had een zaal waar vrouwen lagen die moesten bevallen. Vaak verblijven de vrouwen hier al enkele maanden vooraleer ze moeten bevallen. Dat doen ze omdat ze van ver moeten komen en het anders een hachelijke zaak wordt als ze op het laatste moment nog naar Kaniola moeten reizen. Het viel op dat de ‘salle d’accouchements’ niet echt fris rook. Hoewel de vrouwen zich in het ziekenhuis konden douchen, maakten ze daar meestal geen gebruik van. Dokter Lagrissi werd zelfs kwaad op sommige vrouwen en zei dat ze zich moesten gaan wassen omdat ze zo onfris roken! Het probleem is dat deze vrouwen het niet gewoon zijn zich te wassen omdat het moeilijk is om aan water te geraken. In een andere zaal voor interne zorgen lag er een kindje van zeven jaar dat sterk ondervoed was. Het had de grootte van een baby van één jaar! Het was schrijnend om te zien. Vooral toen bleek dat het kindje al meermaals opgenomen geweest was en dat het telkens terug ondervoed geraakte zodra het terug naar huis mocht. De vader zat er die dag bij. Hij vroeg of hij het kindje mee naar huis mocht nemen. Dan zou hij gaan bidden tot God om er zo voor te zorgen dat zijn kind terug gezond werd! Gelukkig liet de dokter het kindje niet vertrekken, anders zou het vast en zeker niet lang meer geleefd hebben!

Na een middagpauze gingen we alle vier naar de consultatieruimte van dokter Joseph, hij zou nu de uitslagen van het labo aan de patiënten meedelen. Het verwonderde ons dat de vrouwen die te horen kregen dat ze HIV-positief waren, zo kalm bleven! De dokter zei dat ze later thuis wel zouden uitbarsten, maar dat ze uit respect voor hem hun emoties niet toonden. Rond 15uur waren we klaar. We sloten af met een gesprek over onze Belgische politiek. Blijkbaar wordt dat zelfs hier met veel interesse gevolgd. We probeerden uit te leggen hoe de hele situatie in elkaar zat, een bijna onmogelijke taak.

Eénmaal terug in de Paroisse, begon het te stortregenen. Het deed ons een beetje aan België denken! Rond 19uur begonnen we toch wel honger te krijgen. Gelukkig stond het eten al deels op tafel. Maar even later vroegen de priesters of we mee wilden gaan bidden in de kapel. Ze zeiden ons dat het maar een kwartiertje zou duren, het bleek echter bijna veertig minuten te zijn! Daarna mochten we eindelijk aan tafel gaan! Het eten was wel niet meer zo heel warm, maar toch smaakte het! De priesters apprecieerden het dat we mee waren gaan bidden. Tijdens het eten hielden we een hele discussie over het huwelijk, polygamie, seksuele betrekkingen voor het huwelijk, abortus, de gelijkheid tussen man en vrouw,…
Het was gek om hierover met priesters te discussiëren. We vonden het niet kunnen dat zelfs de priesters ermee akkoord waren dat het goed was dat mannen hun vrouwen sloegen om ‘orde in het huis’ te houden. We maakten duidelijk dat we hiertegen waren.  

Dinsdag gaf dokter Lagrissi ons een uitleg over de twee soorten ondervoeding die hier voorkwamen: quash en marasme. Daarna mochten we de prenatale consultaties meevolgen. We namen de buikomtrek, luisterden met de foetoscoop naar de hartslag van de foetus en voelden welke positie de foetus had aangenomen.  De dokter kwam een kijkje nemen en merkte op dat de verpleegkundigen vergeten waren de bloeddruk van de vrouwen te nemen, een toch wel belangrijk detail. Daarna namen de verpleegkundigen de bloeddruk wel, de ene al wat beter dan de andere.
Na het eten mochten we een bevalling meevolgen. Het was een primipari, een vrouw die voor het eerst beviel. Daarom moest de dokter een snede maken van 3cm, om te voorkomen dat de vagina zou doorscheuren. Helaas werkte de verpleegster die hem hielp niet steriel! Ze nam met haar steriele handschoenen onder andere de deurklink  vast. Daarna pakte ze een naald en toen de dokter vroeg of ze echt steriel werkte, antwoordde ze vol overtuiging ‘ja’! Het dragen van handschoenen was voor haar blijkbaar voldoende om steriel te zijn.
Doordat de verpleegster zo achteloos omging met steriliteit, verhoogde natuurlijk de kans op infectie!

Na de bevalling bespraken we met dokter Joseph tuberculose. We eindigden met een gesprek over voorbehoedsmiddelen. Dokter Joseph was in tegenstelling tot de meeste Congolezen niet echt ertegen. Hij wou zelf maximaal vier kinderen, in plaats van het gemiddelde van tien kinderen.
De dag zat erop in het ziekenhuis. Priester Léonard nam ons daarna mee voor een wandeling doorheen de mooie natuur! We werden achtervolgd door een hele bende kinderen. De kinderen komen al lopend vanuit hun huisjes naar ons toegelopen, net alsof we beroemdheden zijn. Ze zijn echter heel verlegen en lijken bang te zijn van ons.

Woensdag mochten we een keizersnede meevolgen. De operatie verliep steriel en vlot. Het was wel vreemd om te zien dat er geen anesthesist bij was. Omdat de verpleegkundige dit werk overneemt, gebruiken ze geen sterke verdoving. Af en toe bewoog de vrouw zelfs met haar handen en benen.

Woensdagnamiddag kwam Marie-Noël terug. We reden naar Nzibira, een heel klein afgelegen dorpje. Het overbevolkte ziekenhuisje was klein en had heel weinig middelen. Het was schrijnend om te zien hoe de omstandigheden waren waarin de vrouwen moesten verblijven. Er was één stenen gebouw, twee houten barakken, en één typisch Afrikaans hutje. Er zaten vele spleten en gaten in de muren, waardoor de vrouwen en hun kindjes in de tocht zaten. Verder stonden er wel een aantal houten bedden, maar er was geen geld om matrassen te kopen. De vrouwen moesten dus ofwel op de houten balken van het bed slapen ofwel op de grond op een plastieken zeil. Heel wat vrouwen verkozen het laatste!
We hadden enorm veel respect voor de werkomstandigheden waarin de twee dokters moesten werken! Ze werkten vaak dag en nacht. Bovendien waren er heel wat patiënten die geen geld hadden en de rekeningen niet konden betalen. Doordat de waterpomp niet goed werkte, moesten de vrouwen zich wassen in de nabijgelegen rivier. De toiletten en de douches waren zeer primitief en de geur die er hing sprak boekdelen!
We hopen dat dit ziekenhuisje nog de nodige steun gaat krijgen om een nieuw gebouwtje neer te zetten waar er geen gaten in de muren zitten. Wij hebben alvast gesteund door het leveren van medisch materiaal. Verder denken we er nog eventjes over na of we nog meer kunnen steunen. De vrouwen deelden het bed met drie of vier en ook nog met hun baby’tje erbij. Ze hadden nog houten bedden gekregen, maar er was geen plaats om ze te zetten.

Marie-Noël stond donderdagochtend (11 augustus) op toen de klokken om half zes luidden. Zij ging naar de mis. Helaas maakte ze vrij veel lawaai toen ze zich aan het aankleden was waardoor Jolize en Paulien klaarwakker waren. Toen Paulien het brood wou gaan snijden, zag ze dat het aan de buitenkant wit en groen beschimmeld was! Voor Marie-Noël vormde dit echter geen probleem, ze besloot om de buitenkant eraf te snijden en dan de sneetjes in olie te bakken. Wij hadden gelukkig kunnen regelen dat we ’s middags mee konden eten met de priesters!
We volgden in het ziekenhuis alle vier de consultaties van dokter Joseph. Er kwamen twee vrouwen langs die zwanger waren nadat ze verkracht werden door Rwandese rebellen. Er was zelfs een meisje van 19 jaar bij dat nog niet eens getrouwd was. Het zou voor haar nu heel moeilijk worden om nog een man te kunnen vinden aangezien ze geen maagd meer was én een kind had. Het erge is dat ze de daders niet kennen en dus ook niet kunnen straffen! Vrouwen die verkracht worden, hebben een heel grote kans om allerlei ziekten zoals HIV, syfilis en andere SOA’s op te lopen!
Na de consulaties wou de dokter nog een paar echo’s nemen, helaas werkte de stroomgenerator niet meer waardoor het pas een paar uur later zou kunnen gebeuren.

Het middageten rond 14uur in de Paroisse viel tegen, het enige wat er echt eetbaar uitzag, waren aardappelen en bruine bonen. We hadden gelukkig ook een pot mayonaise meegenomen. Marie-Noël had besloten dat ze vanavond zou koken in de Paroisse. Daarom ging ze eerst naar de markt. We waren allemaal heel hoopvol. Toen ze terugkwam, liet ze ons trots de lever zien die ze gekocht had, daar ging onze hoop! Volgens haar is dat echt een delicatesse, we deelden echter niet in haar vreugde!
We konden haar overtuigen om twee sauzen te maken, waarvan één met lever en de andere met varkensvlees! Namiddag hielpen we haar met koken. Dat was niet eenvoudig om een zelfgemaakt vuur van houtskool en bakstenen!
Rond 17uur wandelden we met Léonard naar het lokale voetbalveld waar volgende week zondag de ‘inordination’ zou plaatsvinden. Onderweg hielden we een ‘fotoshoot’ bij het het Mariabeeld en met de lokale bevolking!
Uiteindelijk was het eten klaar rond 20uur. Al moeten we het zelf zeggen, het was heerlijk :D! Na het eten werd ons een zelfgebrouwen bananenbier aangeboden. Het was wel straf. We mengden het met een vruchtensap dat we samen met Marie-Noël gemaakt hadden, waardoor we een best lekker cocktail kregen. De priester lachten ons wel een beetje uit.

Quote: ‘De dansers voor de priesterwijding komen van ver!’. ‘Hoe ver dan?’
’Ze wonen op minstens een uur wandelen!’

Vrijdag was al onze laatste dag in het ziekenhuis van Kaniola. We mochten twee keizersnedes bijwonen. Tijdens de tweede keizersnede mocht er iemand van ons assisteren. Het lot bepaalde dat Saartje de gelukkige was. Zij mocht de instrumenten tijdens de operatie helpen vasthouden.
’s Middags namen we afscheid van de vriendelijke dokters en personeel van het ziekenhuis.
We aten vlug wat restjes van gisteren en vertrokken toen terug richting Bukavu.
Onderweg stopten we nog bij een voormalig vluchtelingenkamp voor Rwandezen.
Deze week in Kaniola was heel leerrijk. Het verblijf bij de priesters was heel goed meegevallen! We voelden ons geen enkel moment oncomfortabel of onveilig.
De dokters gaven ons voortdurend uitleg!

Zaterdag 13 augustus – zondag 14 augustus: Idjwi
Het voorbije  weekend brachten we door in Idjwi, een eiland gekend om zijn ananassen en de kalkoenen! Jean-Baptiste zou ons om iets voor acht komen halen, maar door een ongeval zat hij vast. Uiteindelijk kwam hij rond tien uur. We moesten de boot naar Idjwi op een hele afstand van de Procure nemen. De weg die we normaal zouden nemen, was onderbroken door wegenwerken door de Chinezen. Daarom namen we een andere weg die enorm hobbelig en moeilijk was. Saartje en Sofie ondervonden dat Turistil eigenlijk niet werkte, toch zeker niet op Congolese wegen! Na twee uur rijden kwamen we aan onze boot.
Het was een houten bootje, wel met een motor. Gelukkig waren er geen golven op het Kivu meer anders zou ons bootje gewoon stukgaan!
Hoewel het een beetje druppelde, was het een mooie boottocht van twee uur.
In Idjwi werden we hartelijk ontvangen door een priester. Hij bracht ons met de auto naar de Paroisse, weer een hobbelige weg. De ontvangst was ongelooflijk vriendelijk; we kregen een bord vol ananas, wijn en lekkere kaasjes aangeboden. Ondertussen was het bijna 17uur. We mochten aan tafel gaan. Het eten was lekker en het dessert: borden vol vers fruit! We konden onze ogen niet geloven! We aten allemaal ons buikje vol. Toen bleek dat dit eigenlijk het middageten was dat ze voor ons bereid hadden. Door onze vertraging was het een soort van avondeten geworden.  Na het eten maakten we een avondwandeling door de ananasplantages en mochten we rijpe ananassen plukken. De mensen van het dorp begroetten ons heel vriendelijk en waren niet zo bedelachtig als in sommige dorpjes in de buurt van Bukavu. Idjwi is een eiland dat gespaard is gebleven van de oorlogen in Congo. Er zijn nog niet zoveel blanken geweest waardoor de lokale bewoners niet zo afhankelijk zijn van giften van buitenlanders.
Na de wandeling gingen we mee bidden met de priesters. Daarna aten we nog een hele maaltijd om 21.30uur ’s avonds. We kregen voortdurend wijn, bier, frisdrank en zelfgemaakte ananaslikeur aangeboden. Tijdens het eten hadden Sofie, Saartje en Paulien een heel geanimeerd gesprek met Nicola, een jonge priester. We zouden hem op een Belgisch dieet zetten. We gaan proberen om Belgische chocolade mee te geven aan een priester van Idjwi die momenteel in België verblijft!

Zondagochtend waren we uitgenodigd om de mis van 7uur bij te wonen. De mis werd in de lokale taal gebracht waardoor we er niet veel van verstonden. Opeens nodigde de priester Nicola ons uit om naar voor te komen, voor het altaar en stelde hij ons voor aan de bevolking. Jean-Baptiste legde uit wat we kwamen doen. Het was een hele eer! Toen de mis gedaan was, werden we buiten omringd door de bevolking en moesten we iedereen een hand geven!
Na het heerlijke ontbijt met veel fruit, brachten we een bezoek aan de Pygmeeën. Zij woonden vlak achter de Paroisse. Toen was het tijd om terug naar Bukavu te vertrekken.
We schonken nog 200dollar aan de priesters als steun voor de projecten die ze uitvoerden. Zo zorgden ze onder andere voor de bouw van schooltjes en gebouwen voor onderricht van de vrouwen,…

Toen we uit onze boot stapten, werden we tegenhouden door de douane. We begrijpen echt niet dat ze hier soms zo moeilijk kunnen doen tegen buitenlanders, geen wonder dat de economie niet goed gaat. De douane deed moeilijk omdat ze gewoon geld wilden. Jean-Baptiste gaf echter niet toe en toen ze onze visums uitgebreid bestudeerd hadden en iets opgeschreven hadden op een vodje papier, vertrokken we. Het bureautje van de douane was een gammel houten huisje op de rand van het meer. Hun boekhouding bestond uit een stapel vergeelde papier in de hoek van de ruimte. Het was eigenlijk om te lachen!
We kwamen enkele uren later vermoeid terug aan in Bukavu.
In de Procure was er die avond een feest omdat er drie nieuwe priester ingewijd waren. We kregen dus wijn en bier aangeboden. Verder konden we genieten van frieten (die wel bijna koud waren :p). Het was fijn om terug in ons vertrouwde bed te kunnen kruipen!

zondag 7 augustus 2011

Op verkenning in Bukavu!

Vandaag, zaterdag 6 augustus, ging André, een Congolese student geneeskunde, ons rondleiden in Bukavu. Officieel konden we “uitslapen” aangezien we niet rond acht uur in het ziekenhuis moesten zijn. Voor de meeste betekende dit om 8 uur aan het ontbijt, echter niet voor Jolize & Paulien. Jolize had haar wekker vergeten af te zetten waardoor die al om 6h45 afging. André kwam ons halen aan de universiteit naast de Procure. Hij had voor vandaag een heel programma uitgedokterd. Eerst gingen we een steil bergpad omhoog richting een psychiatrisch centrum hier in de buurt. We kwamen onderweg in het bos Congolezen tegen. Zij waren de grond aan het omspitten om er iets te planten. We passeerden een plaats waar kinderen een vuurtje stookten, dit deden ze om van hun vuilnis af te raken. Een systeem voor het ophalen van vuilnis bestaat wel, maar de armere mensen willen hier niet voor betalen. Vandaar dat we af en toe een kleine verbranding zagen van huishoudelijk afval. Even later kwamen we aan in een grote hogeschool voor diëtisten, verpleegkundigen & laboranten. Het gebouw dateerde van 1945 en was wel zeven verdiepingen hoog, zeer imposant. Het gebouw was nog in relatief goede staat en deed denken aan een middelbare school zoals bij ons. De liften waren wel buiten gebruik en de klaslokalen heel stoffig. Ze hadden aparte afdelingen voor de meisjes en voor de jongens.
In de gemeenschappelijke keuken van de jongens waren de kookvuren niet altijd even zuiver. We ontdekten er ook twee grote ketels gevuld met bereide bruine bonen, lekker! Verder was er een internetruimte, een bibliotheek,... We hadden vanaf de zevende verdieping een magnifiek uitzicht op het Kivu meer. Nadien bezochten we een meisjesschool ‘Wima Lyceum’. Hier gingen vroeger maar liefst 1500 Belgische en 500 Congolese meisjes naar school. Nu was het zowel een kleuter-, lagere als middelbare school. De haren van alle studenten werden kaalgeschoren, omdat het hier een lokale traditie was. De school was imposant: er waren ontelbare klaslokalen, een heel grote kapel en meerdere speelplaatsen. Het was alsof de tijd hier was stil blijven staan. Het gebouw deed ons namelijk erg denken aan de vroegere scholen in België. Langs de weg lag een man die niet meer bewoog. André raadde ons aan om door te wandelen. Nadien vertelde hij dat hij dacht dat deze man dronken was, maar hij zou ook dood kunnen zijn. Hij had deze persoon wel willen helpen, maar het is gevaarlijk om dit te doen. Wanneer de persoon werkelijk dood was, zou hij namelijk in de problemen kunnen komen, want hij zou hiervan beschuldigd kunnen worden. We liepen verder naar beneden, richting het groot rondpunt. Onderweg werden Saartje en Paulien aangesproken door een taxichauffeur. Hij vroeg of ze geen lift nodig hadden. Toen we iets verder liepen, zagen we echter dat het linker voorwiel van zijn taxi gewoon ontbrak! We vroegen ons af hoe onze rit zou verlopen zijn op die manier!
Onze volgende stop was de grote kathedraal van Bukavu. Het was volgens André de mooiste kathedraal van heel Afrika. Het was nog maar een paar minuten wandelen zei hij, helaas duurde het meer dan een halfuur. Onze kelen waren uitgedroogd en onze beenspieren konden de vele ‘kuitenbijters’ niet aan! André lachte ons uit dat onze conditie zo slecht was en dat we niet aangepast waren aan de heersende temperatuur.

Omdat er in de kathedraal een inwijding van priesters bezig was, konden we hier jammer genoeg niet binnengaan. De deuren stonden echter wel open en van buitenaf konden we naar binnen gluren.
Onze volgende tussenstop was het huis van André. Met een hongerige maag stapten we verder. We werden hartelijk verwelkomd door zijn familie. Aangezien zijn moeder nog aan het werken was, was zijn jongere zus verantwoordelijk voor het eten.
Ze had een heel mooi typisch Afrikaans kleed aan (wij waren allemaal even jaloers).
We konden bijna aan tafel gaan en praatten nog wat met Yannick (de broer van André) over de plaatselijke gewoonten. Hij droeg een reclame t-shirt van Duvel. Daarom legden we hem uit dat het een typisch Belgisch bier was dat onze papa’s maar al te graag dronken. We vonden het vreemd dat hij dat t-shirt had moeten kopen, terwijl ze bij ons gratis worden uitgedeeld. Blijkbaar verloopt het soms niet zo correct en kan het gebeuren dat geschonken kleding toch verkocht wordt in de winkels. Even later gingen we aan tafel. Ze hadden heel erg hun best gedaan en er was een heuse feestmaaltijd bereid door de zus en de andere broers. Eerst moesten we onze handen wassen met behulp van een waterkan, aangezien het stromend water weer eens op was. Wij kregen de beste plaatsen aan tafel. Eerst wisten we niet goed hoe we moesten beginnen. Toen toonde André ons hoe we de ‘fu fu’ en de andere gerechten konden eten: met de handen! Het was een leuke ervaring en ons bestek bleef onaangeroerd liggen.
Sofie, Saartje en Paulien waagden het om de kleine gefrituurde visjes (met kop én ogen) te eten, het was best lekker! We leerden weer wat nieuwe gerechten kennen, maar de banaan was ook weer van de partij. Dit keer was het een soort gezoete banaan, die je alleen bereid kon eten. Het was heel erg lekker, net een soort zoete chips. Als dessert kregen we verse ananas en mango, die waren ze speciaal voor ons gaan halen! We werden echt in de watten gelegd en kregen ook Fanta en Coca Cola aangeboden!
Na het eten leerde André ons een vorm van drie-op-een-rij. Jolize had ‘Uno’ bij. Samen met de Congolese familie speelden we het meermaals, zij vonden het heel leuk. Het was echt gezellig. Toen we doorgingen, besloten we om het ‘Uno’ spel aan hen te geven als dank voor de maaltijd en de gastvrijheid.
Na het feestmaal bezochten we het Kivu meer. André bracht ons naar het hotel ‘La Roche’.
Dat hotel had een terras op het meer, waar je een prachtig uitzicht had. We bestelden iets om te drinken en genoten van de rust die er heerste op deze romantische plek.
Aangezien het ondertussen al donker begon te worden (het was kwart na vijf), namen we een taxi terug naar de Procure. We zaten dus met zes in de auto. Opeens stopte de chauffeur en stapte André uit en Paulien moest vooraan gaan zitten. Even verder stonden er een paar politieagenten. Zij controleerden of er niet teveel mensen in de auto’s zaten. André wandelde te voet verder en stapte honderd meter verder terug in. De chauffeur zette aangename Afrikaanse muziek op. Het werd gelukkig geen wilde rit. De vrij steile hobbelige weg naar de Procure wou André niet te voet doen, want het was nu echt bijna donker. De taxichauffeur begon dapper met zijn lage auto aan de rit. Helaas zaten er heel wat bobbels en gaten in de weg. Opeens voelden we de auto over losliggende uitstekende stenen rijden. De stenen schuurden langs de onderkant van de auto. Plots stopte de chauffeur en moesten we allemaal uitstappen. De band van de auto was helemaal plat! We betaalden en liepen vlug verder. Het was wel een beetje zielig om de chauffeur zo achter te laten. Maar net zoals Assepoester, moesten we om zes uur terug in de Procure zijn, want dan sluit de poort en kunnen we niet meer binnen! Stipt om vijf voor zes kwamen we ‘thuis’, want dat gevoel beginnen we hier te krijgen. We hadden nog tijd om onze was te doen. Jolize en Paulien moesten het wel met koud water doen en Saartje en Sofie moesten bijna een uur wachten om een emmer met warm water te vullen. Onze slipjes mochten we even later ophangen aan de wasdraad van de Procure.
Hopelijk is dit niet te shockerend voor de priesters die hier wonen!

Morgennamiddag vertrekken we met Marie Noël naar Kaniola. Hier verblijven we in een andere Procure tot en met vrijdag. Helaas hebben we daar geen stroom, laat staan internet en misschien zelfs geen stromend water. Jullie zullen dus enkele dagen onze spannende avonturen in het verre Congo moeten missen. Maar geen nood, we’ll be back very soon!

zaterdag 6 augustus 2011

Jambo! Habari gani? Muzuri!!

Vrijdag 5 augustus, een nieuwe dag in het hospitaal. Saartje en Jolize stonden voor het eerst op gynéco-obstrétique. We werden hartelijk ontvangen door de stagiairs. Eerst volgden we een korte briefing waarbij ons opviel dat de stagiairs het woord hadden en de dokter tussenkwam om een vraag te stellen of een opmerking te maken. Hij was erg kritisch en gaf bijkomende uitleg wanneer  dit nodig was. Dit was voor ons heel nuttig want het was een soort ‘mini’ les over de zwangerschap, de bevalling, etc. Daarna gingen we ‘toeren’ in de zalen van de afdeling. Eerst bezochten we de zaal waar de vrouwen lagen met een gynaecologisch probleem zoals baarmoederhalskanker, risico op voortijdige zwangerschap, de gevolgen van een miskraam,… Een jong meisje zat rechtop in bed en was aan het wenen. Ze had abortus gepleegd door medicijnen te nemen omdat ze zwanger was zonder getrouwd te zijn. Dat is hier (omdat ze erg katholiek zijn) een schande. Nadien waren er resten in haar baarmoeder achtergebleven waardoor er zich complicaties ontwikkelden. Eens in het ziekenhuis opgenomen hadden ze een curettage uitgevoerd. Toen de dokter vroeg hoe het met haar ging begon ze nog harder te wenen. Ze haalde een klein opgeplooid papiertje naar boven waarop met de hand “165 dollar” geschreven stond. De dokter was niet akkoord met dit bedrag omdat de vrouw langs het meisje voor exact dezelfde behandeling maar 27 dollar moest betalen. De reden hiervoor was voor iedereen onduidelijk, maar het bleek een soort van straf te zijn omdat ze iets gedaan had dat door wet verboden was. Even later mochten we bij een zwangere vrouw luisteren naar de hartslag van de foetus met een foetoscoop. We gingen naar de andere zaal waar de vrouwen lagen die bevallen waren. De baby’s hadden een papierpropje op hun voorhoofd hangen. Een stagiair vertelde ons dat dit een soort bijgeloof was. Ze gebruikten het als medicijn tegen de hik. Na de toer gingen we naar de zaal waar de vrouwen lagen die ‘en travail’ zijn. Ze werden 1 voor 1 vaginaal onderzocht. Een vrouw kronkelde van de pijn, maar de verpleegkundige duwde haar terug en zei haar dat ze moest stoppen met zo te roepen. De dokter hield amper rekening met de pijn van de vrouw en deed gewoon door. Later zaten we samen met de stagiairs (5 à6) in een kleine ruimte van 3 op 4m. Saartje kreeg de opmerking dat ze heel goed Swahili sprak en dat vooral haar uitspraak uitzonderlijk goed was. Ze verdenken haar ervan ooit lessen Swahili gevolgd te hebben. Een verpleegkundige die passeerde voelde zich genoodzaakt ons bewust te maken van de situatie in Congo. In november zijn er verkiezingen en hij is een grote voorstander van Vital Kamere, een van de kandidaten die zou opkomen voor het gewone volk. Indien Kabila onrechtmatig verkozen zou worden, zou volgens hem het volk in opstand komen. Hij was enorm enthousiast en vastberaden dat Kamere zou winnen. Zijn frustratie viel best te begrijpen. Kabila verdient per maand 300.000 dollar, terwijl hij als geschoold verpleegkundige vaak extra posten werkt om slechts 37 dollar per maand te verdienen. Hij regelde even dat Saartje en Jolize zich zouden verloven met een Congolees en hier zouden blijven. Gelukkig stapte hij snel van dat idee af toen hij hoorde dat ze in België maar zeer zelden naar de kerk gaan. Hier zijn de kerkdiensten heel levendig en is er veel interactie tussen de priester en de gelovigen. We gaan proberen gedurende ons verblijf zeker een kerkdienst te volgen.

Paulien en Sofie mochten vandaag de vriendelijke (zeer gelovige) dokter Patrick volgen op de afdeling interne zorgen. Wat opvalt is dat de meeste patiënten eerst hulp zoeken bij de traditionele geneeskunde, met als gevolg dat hun conditie erg verslechterd is als ze in het ziekenhuis aankomen. De Congolezen kiezen voor traditionele geneeskunde omdat ze er mee opgegroeid zijn. Het zit namelijk in hun cultuur. De mensen die wonen in de afgelegen dorpjes zijn arm en voor hen kost traditionele geneeskunde niks, dus het lijkt de makkelijkste oplossing. Verder zijn ze soms wantrouwig tegenover onze moderne geneeskunde.

Ook hier hebben ze een hoge resistentie tegen antibiotica. Antibiotica is namelijk overal verkrijgbaar in vele winkeltjes zonder voorschrift. Als men in de dorpjes DENKT dat iemand malaria of tyfus heeft, wordt onmiddellijk antibiotica genomen. Dus niet enkel Europa zit men met resistentieproblemen.

Een groot verschil ten opzichte van bij ons, is dat de dokters hier hun handen niet wassen tussen verschillende patiënten in, maar pas op het einde van de dag. De microben worden dus makkelijk doorgegeven van één patiënt op de ander. Terwijl wij in elke ziekenhuiskamer alcogel hebben staan, is dat hier zelden aanwezig. Dokter Patrick heeft dus alle patiënten onderzocht die zowel op de afdeling intensieve zorgen als op interne zorgen lagen, zonder tussen zijn handen te wassen. Dokter Patrick is wel bezig met een project te realiseren om volgend jaar ook alcogel te kunnen gebruiken die in Congo wordt geproduceerd. Laten we hopen dat dit lukt!!

Zoals jullie allemaal al hebben gelezen zijn de Congolezen zeer gelovige mensen, waaronder dokter Patrick. In elke kamer kun je een afbeelding zien van Jezus of Maria. Voor een patiënt met een hepatocarcinoom (leverkanker) ziet de situatie er zeer slecht uit. Hij leeft normaal gezien niet meer lang, maar dokter Patrick gelooft dat Maria ervoor gaat zorgen dat hij nog even bij ons blijft. Als echte wetenschappers (met als bewijs de competenties van ons portfoliodiploma), kon hij ons niet echt overtuigen van zijn standpunt. We hebben sterk de indruk dat hij ons wil bekeren tot ECHTE christenen. Hij kon helemaal niet begrijpen waarom wij zelden naar de mis gingen. We vertelden dat men niet naar de kerk moet gaan om katholiek te zijn, maar hij vond dat dit een uitspraak van Satan was. Gelukkig heeft hij de duiveluitdrijving niet op ons toegepast. Hij vond ook dat we hier ons geloof terug moesten opnemen en verspreiden als we terug in België zijn. Dus jullie zijn gewaarschuwd!

’s Avonds kregen we opnieuw verse handgesneden frieten in de Procure. Toen we het navroegen, bleek dat men dat speciaal voor ons maakte! We vinden het erg lief dat ze zoiets doen voor ons, we mogen zeker niet klagen over ons verblijf hier in de Procure!